CO GB 22 – 06 JULI 2023 – De evaluatie van het kadastraal inkomen in het kader van de toekenning van de sociale toeslagen

Betreft: De evaluatie van het kadastraal inkomen in het kader van de toekenning van de sociale toeslagen

1. CONTEXT

De Brusselse regelgeving bepaalt dat de sociale toeslagen niet verschuldigd zijn indien de kadastrale inkomens van de bijslagtrekkende en deze van zijn echtgenoot waarmee hij samenwoont of van de persoon waarmee hij een feitelijk gezin vormt, een grensbedrag overschrijden volgens de modaliteiten bepaald door het Verenigd College. Deze voorwaarde is cumulatief met de criteria inzake de belastbare beroeps- en vervangingsinkomens en heeft als doel om de sociale toeslagen voor te behouden aan de werkelijk kwetsbare gezinnen.

In het besluit van 1 juni 2023 tot wijziging het van het besluit van het Verenigd College van 24 oktober 2019 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van de sociale toeslagen en bepaalde toeslagen waarin de AKBW voorziet (hierna 'BVC sociale toeslagen') wordt het grensbedrag voor de kadastrale inkomens van de gezinsleden vastgelegd, alsook de bijhorende toepassingsmodaliteiten voor de toetsing van deze voorwaarde (hierna aangeduid met de term "K.I.-test").
De evaluatie van de kadastrale inkomens bij het inkomensonderzoek in het kader van de toekenningsprocedure van de sociale toeslagen is van toepassing vanaf 1 november 2023.

2. UITBREIDING VAN DE INKOMENSNOTIE VOOR DE TOEKENNING VAN EEN SOCIALE TOESLAG

Vanaf 1 november 2023 gebeurt de vaststelling van het recht op een sociale toeslag op basis van een tweeledig onderzoek: de controle van het jaarlijks gezinsinkomen enerzijds en de controle van het kadastraal inkomen anderzijds. In functie van de gezinssamenstelling in de kalendermaand waarop de sociale toeslag betrekking heeft¹ , moet getoetst worden of voor deze gezinssamenstelling zowel het jaarlijks gezinsinkomen als het kadastrale inkomen zich onder de grensbedragen bevinden.

Het kadastraal inkomen bestaat uit de som van de belastbare kadastrale inkomens van de gewone gebouwde onroerende goederen waarvan de gezinsleden volle eigenaar of vruchtgebruiker zijn op 1 januari van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarvoor de toekenning van het recht op een toeslag wordt onderzocht. Het totaal van de niet-geïndexeerde kadastrale inkomens van de gezinsleden wordt getoetst aan het grensbedrag van 2000 euro zoals bepaald in het nieuwe artikel 8/1 van het BVC sociale toeslagen.

2.1. BASISPRINCIPES VAN DE K.I.-TEST

Voor de bepaling van het recht op een sociale toeslag voor alle rechtsperiodes in het jaar X wordt steeds het kadastraal inkomen met betrekking tot de referentiedatum 1 januari X-1 geconsulteerd, rekening houdend met de gezinssamenstelling(en) tijdens de te onderzoeken rechtsperiode.
Het feit dat de gegevens omtrent het kadastraal inkomen op de referentiedatum al beschikbaar zijn bij de authentieke bron (FOD Financiën) vóór de aanvang van de rechtsperiode, laat toe om onmiddellijk een definitieve beslissing te nemen over dit criterium.
De toetsing op basis van het kadastraal inkomen op 1 januari van het voorgaande jaar impliceert dat wijzigingen in het kadastraal inkomen in de loop van een kalenderjaar X (als gevolg van een aankoop, verkoop, herschatting, …) pas impact hebben vanaf het kalenderjaar X+2.
De K.I.-test betreft de belastbare kadastrale inkomens van de gewone gebouwde onroerende goederen, gelegen in en buiten België, waarvan de gezinsleden volle eigenaar of vruchtgebruiker zijn. Ingeval één of meerdere gezinsleden, de hoedanigheid van eigenaar of van vruchtgebruiker in onverdeeldheid hebben, wordt het kadastraal inkomen vermenigvuldigd met de breuk die de omvang weergeeft van de rechten in volle eigendom of vruchtgebruik van dit gezinslid of die gezinsleden.
Het bedrag dat getoetst wordt aan het grensbedrag van 2000 euro, is de som van alle kadastrale inkomens die in rekening gebracht moeten worden. Als de bijslagtrekkende samenwoont met meer dan één persoon, wordt bij het kadastraal inkomen van de bijslagtrekkende dus de som, en niet het gemiddelde van de kadastrale inkomens van de toeslagpartners opgeteld, in tegenstelling tot de berekeningswijze van het jaarlijks gezinsinkomen.
De controle van het kadastrale inkomen gebeurt aan de hand van een consultatieflux. Door de synchrone bevraging ontvangen de kinderbijslaginstellingen onmiddellijk een antwoord op de vraag of het kadastraal inkomen onder het grensbedrag ligt voor de geconsulteerde periode en gezinssamenstelling. Om de opvraging uit te voeren dienen twee velden te worden ingevuld:
- Zone 'requestyear': het jaartal van de referentiedatum van het KI dat wordt opgevraagd (d.w.z. 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het recht op de toeslag wordt onderzocht)
- Zone 'persons': de lijst met de INSZ-nummers van de personen van wie het KI moet worden gecontroleerd.

De consultatie geeft een binair resultaat als antwoord ("true" / "false").

De gedetailleerde technisch documentatie van de K.I.-flux en de lijst met mogelijke foutcodes zullen op een later tijdstip met een technische dienstbrief worden meegedeeld.

2.2. DE IMPLEMENTATIE VAN DE K.I.-TEST VANAF 1 NOVEMBER 2023: PRAKTISCHE RICHTLIJNEN

De dubbele voorwaarde voor het inkomstenonderzoek in het kader van een sociale toeslag gaat in vanaf 1 november 2023 en geldt voor alle rechten vanaf die datum. Dit betekent dat het kadastraal inkomen moet geconsulteerd worden in alle dossiers waarin een sociale toeslag voor de maand oktober 2023 wordt toegekend op basis van een provisionele beslissing over het jaarlijks gezinsinkomen, om te bepalen of deze provisionele betaling mag worden verdergezet vanaf november 2023.

Om te bepalen of in een dossier de provisionele betaling kan worden verdergezet vanaf november 2023, wordt voor de gezinssamentelling in kwestie² het kadastraal inkomen op de referentiedatum 1/1/2022 opgevraagd via de consultatieflux:

Als het kadastraal inkomen het grensbedrag overschrijdt, worden de provisionele betalingen van de toeslag uit artikel 9 stopgezet vanaf november 2023. Deze beslissing wordt gemotiveerd met de brief Implementatie_KI-test_2023 + het infoblad. Ingeval er in toepassing van de overgangsmaatregelen van artikel 39 een sociale toeslag uit het federale stelsel (artikel 41, 42bis of 50ter AKBW) werd betaald, worden de betalingen nog getrimestrialiseerd tot en met december 2023 op basis van het recht in de referentiemaand augustus 2023.
Als de KI-test uitwijst dat er geen beletsel is, worden de provisionele betalingen verdergezet. Een informatiebrief over de gewijzigde toekenningsvoorwaarden dient gestuurd te worden aan de gezinnen.
De kinderbijslaginstellingen dienen ook een informatiebericht te plaatsen op hun website over de evaluatie van het kadastrale inkomen als nieuw toekenningcriterium en tevens wordt het 'infoblad sociale toeslagen', dat bijgaand bij elke volgende communicatie over het recht op een sociale toeslag wordt meegestuurd, aangevuld met de nieuwe bijkomende voorwaarde.

3. MOGELIJKHEID TOT BETWISTING

Conform het nieuwe artikel 8/3 van het BVC sociale toeslagen kunnen de sociaal verzekerden die overschrijding van grensbedrag volgens de berekening van de K.I.-flux betwisten, het tegenbewijs leveren aan de hand van gegevens afkomstig van de bevoegde belastingdienst. De kinderbijslaginstelling legt dit voor aan Iriscare (via admin.ctrl@iriscare.brussels) waarna desgevallend de beslissing kan worden herzien.

4. AANPASSING VAN DE PROCEDURES VOOR DE OPVOLGING VAN HET RECHT OP EEN SOCIALE TOESLAG

De integratie van de evaluatie van het kadastrale inkomen als bijkomende toekenningsvoorwaarde voor het recht op een sociale toeslag vereist een bijsturing aan enerzijds de procedure voor de provisionele betaling van de toeslag (cf. richtlijnen CO GB 2 van 5 juli 2019) en anderzijds de procedure voor de definitieve vaststelling van het recht (richtlijnen CO GB 21 van 22 mei 2022).

In onderstaande instructies wordt beschreven op welke momenten een controle van het kadastraal inkomen vereist is voor een correcte opvolging van het recht op een sociale toeslag.

4.1. OPVOLGING VAN DE DOSSIERS WAARIN EEN PROVISIONELE TOESLAG WORDT BETAALD

Jaarlijkse consultatie van de K.I.-flux vóór de betaling van de maand januari van een nieuw kalenderjaar:

Voor alle dossiers waarin een provisionele toeslag wordt toegekend in de maand december moet worden geverifieerd of de provisionele betaling kan worden verdergezet vanaf januari van het volgende jaar. Voor de bepaling van de rechten in een nieuw kalenderjaar wordt immers een nieuwe referentiedatum in aanmerking genomen voor de controle van het kadastraal inkomen van de gezinsleden, waardoor het resultaat van de K.I.-test kan wijzigen ten opzichte van het voorgaande jaar.

- Als de K.I.-test uitwijst dat het grensbedrag overschreden is op de nieuwe referentiedatum, worden de provisionele betalingen van de toeslag uit artikel 9 stopgezet vanaf januari. De beslissing tot weigering op basis van een te hoog kadastraal inkomen wordt gemotiveerd met de brief Weigering_SUPPL_KI met bijgevoegd het infoblad. Indien er in toepassing van de overgangsmaatregelen van artikel 39 een sociale toeslag uit het federale regime (artikel 41, 42bis of 50ter AKBW) werd betaald, worden de betalingen nog getrimestrialiseerd tot en met de maand maart op basis van het recht in de referentiemaand november van het voorgaande jaar.
- Ligt het kadastraal inkomen onder het grensbedrag op de nieuwe referentiedatum, dan kunnen de betalingen, onder voorbehoud van de andere voorwaarden, verdergezet worden vanaf januari en dient geen actie te worden ondernomen.

Ad hoc consultatie van de K.I.-flux bij elke nieuwe toeslagpartner

Wanneer het kinderbijslagfonds verneemt dat de gezinssituatie van de bijslagtrekkende gewijzigd is (einde van de eenoudersituatie, een nieuwe toeslagactor in het dossier, enz.) dient een nieuw inkomensonderzoek te gebeuren op basis van de gewijzigde gezinssamenstelling.

- Indien het kadastraal inkomen geen beletsel vormt, verstuurt de kinderbijslaginstelling de Brief Toekenning_ NO met bijgevoegd het infoblad en het antwoordformulier verklaring_SUPPL waarmee het gezin een nieuwe verklaring met bewijsstukken over het jaarlijkse gezinsinkomen kan bezorgen (tenzij in het (uitzonderlijke) geval dat de ambtshalve toekenning mogelijk is). Als de inkomensverklaring wordt teruggestuurd en blijkt dat het gezamenlijk inkomen voldoet aan de inkomensvoorwaarden, wordt de provisionele toeslag zonder onderbreking toegekend.
- Als de K.I.-test uitwijst dat het grensbedrag werd overschreden, dan vervalt het recht op de toeslag uit artikel 9 vanaf de maand volgend op de wijziging van de gezinssamenstelling (cf. artikel 28 van ordonnantie van 25 april 2019). De beslissing tot weigering op basis van een te hoog kadastraal inkomen wordt gemotiveerd met de brief Weigering_SUPPL_KI met bijgevoegd het infoblad. Indien er in toepassing van de overgangsmaatregelen van artikel 39 een sociale toeslag uit het federale regime (artikel 41, 42bis of 50ter AKBW) werd betaald, worden de betalingen stopgezet na de trimestrialisering van d e toeslag.

4.2. OPVOLGING VAN DE DOSSIERS WAARIN NOG GEEN PROVISONELE TOESLAG WORDT BETAALD

De voorwaarden voor een ambtshalve provisionele toekenning van de toeslag zijn vervuld

Wanneer voldaan is aan de voorwaarden van artikel 6 van het BVC sociale toeslagen, wordt verondersteld dat het jaarlijks gezinsinkomen de laagste inkomensgrens niet zal overschrijden. De procedure van de omzendbrief CO GB 3 van 5 juli 2019 voorziet in dat geval dat de sociale toeslag voor de laagste inkomens ambtshalve provisioneel wordt toegekend. Alvorens deze ambtshalve toekenning aangevat kan worden, dient vanaf november 2023 eerst het kadastraal inkomen geconsulteerd te worden.

- Indien het kadastraal inkomen geen beletsel vormt, wordt de provisionele betaling ambtshalve opgestart voor de toekomstige betalingen en wordt de toeslag retroactief toegekend voor alle voorbije maanden van het lopende kalenderjaar waarin de gezinssamenstelling identiek was (met toepassing van artikel 28). De beslissing wordt gemotiveerd aan de hand van de brief Toekenning_YES + Infoblad.
- Indien het kadastraal inkomen het grensbedrag overschrijdt, wordt de basisbijslag verder betaald en dient geen actie te worden ondernomen.

Ontstaan van een eenoudersituatie

Naar aanleiding van de ontvangst van het gegeven dat een eenoudersituatie is ontstaan in een dossier waar de toeslag niet provisioneel wordt uitbetaald, consulteert de kinderbijslaginstelling vooreerst het kadastraal inkomen van de alleenstaande bijslagtrekkende:

- Indien het kadastraal inkomen geen beletsel vormt, onderzoekt het fonds vervolgens of er ambtshalve provisioneel een toeslag kan toegekend worden (cf. supra). Is dit niet het geval, dan wordt een informatief onderzoeksformulier ‘Onderzoek+ Infoblad + Verklaring_SUPPL’ naar de bijslagtrekkende gestuurd³ .
- Indien het kadastraal inkomen het grensbedrag overschrijdt, wordt de basisbijslag verder betaald en dient geen actie te worden ondernomen.

Wijziging van de gezinsgrootte van 1 naar 2 rechtgevende kinderen

Wanneer de kinderbijslaginstelling verneemt dat de gezinsgrootte gewijzigd is van één rechtgevend kind naar twee (of meer) rechtgevende kinderen, waardoor het gezin een potentieel recht verwerft op de toeslag voor gezinnen met een inkomen onder het tweede grensbedrag, wordt het kadastraal inkomen geconsulteerd om te bepalen of het zinvol is om een informatief onderzoeksformulier te sturen.

- Als het kadastraal inkomen onder het grensbedrag ligt, wordt de brief Onderzoek + Infoblad + Verklaring_SUPPL verstuurd⁴ , aan de hand waarvan het gezin de provisionele toekenning van de toeslag kan aanvragen.
- Indien het kadastraal inkomen het grensbedrag overschrijdt, wordt de basisbijslag verder betaald en dient geen actie te worden ondernomen.

Spontane aanvraag ingediend door de bijslagtrekkende

De bijslagtrekkende kan op elk moment een aanvraag indienen aan de hand van een verklaring over het bruto jaarinkomen vergezeld van de nodige bewijsstukken die aantonen dat het jaarlijks gezinsinkomen onder de inkomensgrens ligt. Na ontvangst van het aanvraagformulier controleert de kinderbijslaginstelling vooreerst het kadastraal inkomen.

- Als het kadastraal inkomen onder het grensbedrag ligt, worden vervolgens de bewijsstukken over het jaarlijks gezinsinkomen geëvalueerd. Een nieuwe provisionele beslissing wordt genomen op basis van de ontvangen aanvraag en bewijsstukken. De nieuwe beslissing wordt gemotiveerd aan de sociaal verzekerde (brieven ‘Toekenning_NO en Toekenning_YES en het infoblad). Wanneer er een positief gevolg kan gegeven worden aan de aanvraag, wordt de toeslag provisioneel toegekend en dit tevens voor alle voorbije maanden van het kalenderjaar waarin de gezinssamenstelling overeenstemt met deze op het moment van de aanvraag, met toepassing van artikel 28.
- Als het kadastraal inkomen boven het grensbedrag ligt, kunnen de aanvraag en de verklaring met bewijsstukken over het jaarlijks gezinsinkomen niet aanmerking genomen worden. De beslissing tot weigering op basis van een te hoog kadastraal inkomen wordt gemotiveerd met de brief Weigering_SUPPL_KI met bijgevoegd het infoblad.

Opstart van een nieuw kinderbijslagdossier

Voor alle bijslagtrekkenden die voor het eerst een recht op kinderbijslag openen in de Brusselse regeling, dient te worden onderzocht of zij in aanmerking komen voor een sociale toeslag. Vooreerst gebeurt daarbij de controle van het kadastraal inkomen.

- Indien het kadastraal inkomen geen beletsel vormt, onderzoekt de kinderbijslaginstelling of er ambtshalve provisioneel een sociale toeslag toegekend kan worden (cf. supra). Is dit niet het geval, dan wordt een informatief onderzoeksformulier ‘Onderzoek+ Infoblad + Verklaring_SUPPL’ naar de bijslagtrekkende gestuurd aan de hand waarvan deze een aanvraag kan indienen.
- Indien het kadastraal inkomen het grensbedrag overschrijdt, wordt de bijslagtrekkende met de brief Weigering_SUPPL_KI met bijgevoegd infoblad ingelicht dat hij of zij niet in aanmerking komt voor een sociale toeslag in de Brusselse kinderbijslagregeling op basis van een te hoog kadastraal inkomen.

Consultatie van de K.I.-test n.a.v. de verwerking van de fiscale flux (T014)

Indien er geen provisionele uitbetaling van een sociale toeslag gebeurd is voor het jaar X en de fiscale flux met betrekking tot de inkomsten van dat jaar (ontvangen in het jaar X+2) meldt een jaarlijks gezinsinkomen onder één van de inkomensgrenzen, dan wordt voor de betrokken gezinssamenstelling(en) bijkomend het kadastraal inkomen getoetst (met als referentiejaar voor de K.I.-flux het jaar X-1):

- Indien het kadastraal inkomen het grensbedrag overschrijdt, is er geen positieve regularisatie mogelijk m.b.t het jaar X. Er dient geen actie te worden ondernomen.
- Bij een kadastraal inkomen onder het grensbedrag kan de verschuldigde sociale toeslag m.b.t. het jaar X bijbetaald worden. Deze beslissing wordt gemotiveerd met de brief FISC-Regul positief met bijgevoegd infoblad (cf. de procedure uit de omzendbrief CO GB 21 van 22 mei 2022).

Nota bene: Als er op het ogenblik van de verwerking van de fiscale flux geen provisionele uitbetaling van de toeslag gebeurt, wordt de K.I.-test in tweede instantie eveneens uitgevoerd op basis van de actuele gezinssamenstelling en met als referentiejaar voor de flux het jaar X+1. Enkel wanneer ook deze tweede consultatie van de K.I.-flux geen beletsel vormt, wordt met de motivatiebrief FISC-Regul_positief het formulier verklaring_SUPPL meegestuurd waarmee het gezin een aanvraag kan indienen.

5. PRAKTISCHE WERKWIJZE: VOORBEELD

Voorbeeld:

Sophie is alleenstaand. Zij koopt een woning in maart 2022. In december 2022 wordt zij werkloos. Vanaf januari 2023 ontvangt zij op provisionele basis de sociale toeslag voor bijslagtrekkenden met een inkomen onder het laagste grensbedrag (artikel 9). Ze verkoopt haar woning in oktober 2023.

K.I. op 1/1/2022: < 2000EUR

K.I. op 1/1/2023: >2000 EUR (KI aangepast na aankoop van de woning in maart 2022)

K.I. vanaf 1/1/2024: <2000 EUR (KI aangepast na verkoop van de woning in oktober 2023)

Werkwijze:

Oktober 2023: Aangezien in het dossier een provisionele toeslag wordt betaald voor de maand oktober 2023, is het dossier van Sophie betrokken bij de initiële, eenmalige verificatie van het kadastraal inkomen bij de invoering van de maatregel. De K.I.-flux wordt bevraagd met als referentiedatum 1/1/2022. Hieruit blijkt dat kadastraal inkomen het grensbedrag niet overschrijdt. De sociale toeslag wordt verder uitbetaald in november en december 2023.
Vóór de betaling van de kinderbijslag voor de maand januari 2024: Met het oog op de verderzetting van de provisionele uitbetaling van de toeslag vanaf januari 2024 dient het dossier opgenomen te worden in de jaarlijkse grootschalige verificatie van het kadastraal inkomen op de referentiedatum 1/1/2023. Aangezien het grensbedrag op deze datum overschreden was, is er geen recht op een sociale toeslag in 2024 en wordt de betaling van de toeslag dus geschorst vanaf 1/1/2024. Deze beslissing wordt meegedeeld met de brief Weigering_Suppl_KI met bijgevoegd infoblad.
Mei 2024: In de maand mei wordt de fiscale flux (T014) ontvangen in het kader van de jaarlijkse controle van het gezinsinkomen m.b.t. het inkomstenjaar 2022. . Als de flux een jaarlijks gezinsinkomen onder een van de grensbedragen aangeeft, wordt de hiermee corresponderende sociale toeslag bijbetaald voor het jaar 2022. Voor de vaststelling van het recht m.b.t. het jaar 2022 volstaat het T014-bericht, aangezien de K.I.-test pas van kracht is vanaf november 2023. Aan de motivatiebrief Fisc-Regul_Positief wordt geen aanvraagformulier Verklaring_Suppl bijgevoegd voor het aanvragen van een provisionele uitbetaling van een toeslag, aangezien de K.I.-test reeds heeft uitgewezen dat Sophie niet in aanmerking komt voor een sociale toeslag in 2024.
Juli 2024: Hoewel vanaf deze maand de voorwaarden voldaan zijn voor een ambtshalve provisionele toekenning van de toeslag (alleenstaand en zes maanden werkloos in het lopende jaar), dient geen actie te worden ondernomen omdat het recht in 2024 reeds afgewezen is op basis van de overschrijding van het grensbedrag voor het kadastraal inkomen.
December 2024: Aangezien er in 2024 geen toeslag wordt betaald, is het dossier niet betrokken bij de jaarlijkse grootschalige consultatie van de K.I.-flux in december 2024 (met als referentiedatum 1/1/2024) met het oog op de voorzetting van de provisionele toekenning in 2025.
Mei 2025 : De jaarlijkse controle van het gezinsinkomen m.b.t. het inkomstenjaar 2023 vindt plaats aan de hand van de fiscale flux (T014). Aangezien Sophie de sociale toeslag in 2023 op provisionele basis ontvangen heeft, is enkel nog de controle van het T014-bericht vereist. De toetsing van het kadastraal inkomen vond reeds plaats in het kader van de provisionele uitbetaling vanaf november 2023 (cf. invoering van de nieuwe maatregel). Als de T014 de provisionele beslissing bevestigt, dient er geen motiveringsbrief gestuurd te worden. De betaling wordt van het basisbedrag wordt voortgezet.
Juli 2025: Vanaf de maand juli 2025 zijn de voorwaarden voldaan voor een ambtshalve provisionele toekenning van de toeslag (alleenstaand en 6 maanden werkloos in het lopende jaar). Om de toeslag ambtshalve te kunnen toekennen, dient voorafgaand het kadastraal inkomen op de referentiedatum 1/1/2024 geconsulteerd te worden. Aangezien het kadastraal inkomen op deze datum onder het grensbedrag ligt, kan daadwerkelijk overgegaan worden tot de ambtshalve provisionele toekenning van de toeslag voor de periode vanaf januari 2025.
Vóór de betaling van de kinderbijslag voor de maand januari 2026:Met het oog op de verderzetting van de provisionele uitbetaling van de toeslag vanaf januari 2026 dient het dossier opgenomen te worden in de jaarlijkse grootschalige verificatie van het kadastraal inkomen op de referentiedatum 1/1/2025. Aangezien het kadastraal inkomen op deze datum onder het grensbedrag ligt, kan de provisionele toekenning van de toeslag voortgezet worden.

6. PROCEDURE VOOR GEZINNEN IN HET BUITENLAND, INTERNATIONALE AMBTENAREN, DIPLOMATIEK EN CONSULAIR PERSONEEL

In tegenstelling tot de controle van het jaarlijks gezinsinkomen is er voor de controle van de voorwaarde inzake het kadastraal inkomen geen afwijkende procedure voorzien voor gezinnen in het buitenland, internationale ambtenaren, en diplomatiek of consulair personeel.

Hierbij kan opgemerkt worden dat de regelgeving geen onderscheid of voorbehoud maakt voor onroerende goederen die in het buitenland gelegen zijn. Ook aan deze goederen wordt door de federale overheid een kadastraal inkomen toegekend, dat eveneens dient te worden meegeteld voor de K.I.-test. De wijze waarop deze kadastrale inkomens in rekening gebracht zullen worden bij de consultatie van de K.I.-flux, dient nog bepaald te worden in functie van de aanlevering hiervan door de FOD Financiën als authentieke bron.

7. AANPASSINGEN AAN BRIEVEN EN FORMULIEREN

De technische documenten alsook de motivatiebrieven en formulieren zullen worden gecommuniceerd via een aanvullende technische dienstbrief.

Bedankt voor uw medewerking.

Hoogachtend.

Tania Dekens
Leidend ambtenaar